Tumpek Landep is een ceremoniële dag waarop de Balinezen offers brengen voor voorwerpen die van metaal zijn gemaakt. Vroeg was dat hun kris (dolk), tegenwoordig zijn het ook moderne voorwerpen, zoals gereedschap, auto’s en scooters.
Inhoudsopgave
Wat is een kris
Een kris – of keris – is een dolk met mystieke krachten. Hij staat op de UNESCO lijst van immaterieel erfgoed.
Tumpek Landep op onze compound
Tumpek Landep wordt iedere 210 dagen gevierd, net als Saraswati, Pagerwesi en de jubilea van de tempels. Dat is één keer per jaar volgens de Balinese kalender en toevallig als wij er zijn. De bewoners van de compound hebben allemaal hun scooters naar voren gebracht om offers te ontvangen. Ook de auto’s zijn even uit de garage verderop gehaald en voor de ingang van de compound gezet. De Balinezen leggen ook op alle andere dagen offertjes op hun auto’s en scooters, maar vandaag zijn ze groter (we zien zelfs een gebraden kippetje in één van de offermanden) en met een speciale ceremonie.
Lees ook mijn blogartikelen over Saraswati en Pagerwesi.
Wil je een reisgids over Bali bestellen? Reisboekhandel De Zwerver en Bol.com hebben een grote collectie. Als je ze bestelt via de banner op dit reisblog krijg ik een kleine commissie. En natuurlijk betaal jij zelf niets extra’s.
Tumpek Landep – gebeden en eigen verantwoordelijkheid
Kerut wil eigenlijk ook een offer voor zijn computer brengen, maar het is net iets te veel gedoe om die buiten te zetten. Wel offert hij voor de messen in de keuken van het restaurant. De meeste Balinese mensen geloven echt dat deze ceremonies en zegeningen hun geluk zullen brengen in hun werk, en hen veilig zullen houden in het verkeer. “Maar”, zegt Ketut, “door de ceremonies staan we er juist bij stil dat we rustig moeten rijden.” Net als christenen bidden de Balinese hindoes voor bescherming, maar nemen ze hun eigen verantwoordelijkheid om veilig te blijven in het verkeer en succesvol in hun werk.
Koffie bij Ketuts zus Nyoman
Later op de ochtend spreekt een vriendelijke vrouw ons aan op ons wandelingetje naar de winkel. Zij herkent ons en vertelt dat zij de zus is van onze gastheer Ketut. Ze stelt zich voor als Nyoman. Ze is verrast als ik zeg dat ze vast nummer 11 in het gezin is. Ik beredeneer dat omdat ze Nyoman heet en me niet veel ouder dan Ketut lijkt. Ze rondt rustig haar ritueel af van het offeren op de auto en de scooter, en ondertussen bekijken wij op haar uitnodiging de villa die zij per etage (2 verdiepingen) verhuurt. Je kunt hem ook bekijken op booking.com.
Lees ook mijn blogpost Namen op Bali.
Lekkernijen uit de offermand
Als ze klaar is, drinken we gezellig een kop koffie in de massageruimte annex souvenirwinkel voor haar eigen huis, naast de villa die ze verhuurt. We krijgen er lekkere cakejes bij uit de offermand voor de auto en de scooter. Ze laat ons ook wat proeven van de rijst met jack fruit die ze net klaargemaakt heeft. De jackfruit plukt ze gewoon van de boom die ze 30 jaar geleden voor haar huis geplant heeft. Net als haar broer Ketut spreekt ze goed Engels en we hebben een interessant gesprek over van alles en nog wat.
Nyoman vertelt dat zij en haar man een winkel in de hoofdstraat hebben. Wij lopen daar altijd langs en gaan er nu even naar binnen om ons aan Ketuts zwager voor te stellen.
This entry was posted in Azië