Schotland is schitterend, maar heeft weinig pittoreske plaatsen. Gelukkig maakt Pitlochry dat goed! Vanaf camping Foab Caravan Park Pitlochry loop je in 10 minuten het centrum in. Wij arriveren ’s middags en blijven hangen in The Coach House, voor een biertje en een typisch Schotse maaltijd met als voorgerecht haggis, natties en peeps (haggis, aardappelpuree en koolraap) en als hoofdgerecht ’pudding’ met rundvlees, uien aardappelpuree en erwtenpuree.
In het café van het prachtige theatergebouw genieten we de volgende ochtend tijdens een kop koffie van het uitzicht op de rivier de Tummel. Dan lopen we langs de rivier naar een stuwdam (gebouwd in 1949) met een vistrap ernaast.

De vistrap geeft migrerende vissen de gelegenheid om terug te zwemmen naar waar ze geboren zijn, om zich daar voort te planten. Via een teller zie je hoeveel vissen er dat jaar al gepasseerd zijn (de teller staat bij ons op 300). Naast de stuwdam is een bezoekerscentrum (in aanbouw), omdat er veel te vertellen is over deze en andere oude waterkrachtcentrales in de omgeving. De eerste werd al aan het eind van de 19e eeuw gebouwd, lezen we op een informatiebord.
Vanuit het centrum van Pitlochry maken we een wandeling in de omgeving. Hij is met wegwijzers aangegeven en we hebben een folder met de beschrijving uit het toeristenbureau meegenomen. De wandelroute loopt door een mooi bos, waarvan de bodem bedekt is met witte bloemetjes (zinkviooltjes?) en over een smal wandelpaadje langs een weiland.


Daarvandaan hebben we een weids uitzicht over het dal waarin Pitlochry ligt en de ‘rolling hills’ erachter. We komen langs een waterval, de Black Spout, en arriveren dan al snel bij de kleinste whiskydistilleerderij van Schotland: Edradour. Deze is gevestigd in een heel mooi, oud, witgeschilderd gebouw met rode accenten. Er loopt een klein riviertje langs: de Edradour. Al met al een prachtplekje.

Tijdens een rondleiding horen hoe whisky gemaakt wordt. Alles wordt hier (in ieder geval in 2016, toen wij er waren) nog met de hand gedaan.

Tijdens onze rondleiding zien we twee mannen hun laatste klus van de dag doen (ze zijn al om 6 uur vanochtend begonnen te werken en het is nu tegen drieën). Ze staan met laarzen aan in een groot vat en schuiven daar de gerstemout die over is van die dag uit. Deze komt terecht in een kar die straks door een boer wordt opgehaald, die de gerstemout als veevoer gebruikt. Wees gerust, er zit geen alcohol meer in.

Vlak voor we Pitlochry weer inwandelen, passeren we het Athol Palace hotel. Het is een kasteel en we zijn benieuwd hoe het er van binnen uitziet. We bestellen een kopje koffie en krijgen een hele pot plus een kannetje hete melk, dus we hebben alle tijd om van het bijzondere, klassieke interieur te genieten.


Terug in het centrum drinken we een pint in hotel-restaurant The Old Mill Inn, ook al zo’n bijzonder plekje. Na het eten (gewoon in de camper) horen we tot onze verrassing het geluid van een doedelzak. Het blijkt een mede-campinggast te zijn, die een deuntje speelt. Tja, je bent in Schotland op vakantie of niet…
This entry was posted in Europa